Categorieën: Ouderen - Kinderen - COVID-19 - Neurologie - Pijn/vermoeidheid - Cognitie - Zorgtechnologie - Onderzoek & wetenschap - Algemeen - Divers
Categorie: Ouderen
‘Aan de slag met reablement’ – Spreker E. Branderhorst en E. Wieërs
Reablement is steeds meer een begrip in Nederland. Het gedachtengoed van reablement is erop gebaseerd dat ouderen zo lang mogelijk de dingen kunnen blijven doen die belangrijk voor hen zijn in hun eigen omgeving. In verschillende landen om ons heen is er al veel ervaring met het praktisch toepassen van deze interdisciplinaire werkwijze. In Nederland wordt sinds 2015 onderzoek gedaan. In 2020 is er een internationale definitie geformuleerd (Metzelthin et al, 2022). Bij Mijzo is in 2021 het programma Langer Actief Thuis ontwikkeld, gebaseerd op de principes van Reablement. De eerste ervaringen met deze werkwijze zijn gedeeld tijdens het EN-jaarcongres van 2022. Inmiddels zijn er 10 organisaties in West- en Midden-Brabant die deze werkwijze toepassen. Vanuit deze ervaring delen we hoe je praktisch aan de slag kunt gaan met reablement. Het doel van deze sessie is dat je handvatten krijgt om stapsgewijs een start te maken met reablement in jouw eigen gemeente of wijk. Welke voorwaarden zijn belangrijk om te kunnen starten? Welke professionals zijn betrokken en wat zijn hun belangen? Welke rol neem je als ergotherapeut hierbij en hoe krijg je anderen hierin mee? We delen tips en aandachtspunten. Daarnaast gaan we graag met je in gesprek over wat jij nodig hebt om te kunnen starten. Op de website van Mijzo is een toolbox beschikbaar om aan de slag te gaan met reablement. Deze breiden we graag uit met jouw input en stellen we beschikbaar op de website voor iedereen die een volgende stap wil maken. Het resultaat van de workshop is dat je een beeld hebt van hoe reablement praktisch toegepast kan worden in jouw gemeente/ wijk en welke eerste stappen je kunt zetten om praktisch aan de slag te gaan met de toepassing ervan.
Categorie: Kinderen
Kansen benutten voor ergotherapie in de klas met het WRITIC-groepsprogramma: lessons learned! – Sprekers L. de Vries en Margo van Hartingsveldt
Schrijven met de hand is belangrijk. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat kinderen beter en sneller leren lezen als ze de letters leren schrijven met de hand. Oudste kleuters die de papier- en pentaken leuk vinden, doen dat vaker en worden er zodoende beter in. Zo kunnen ze met voldoende bagage starten met het schrijfonderwijs. Helaas is dat voor veel kinderen niet zo, wat zich uit in schrijfmoeilijkheden.
In 2020 is het WRITIC-groepsprogramma uitgekomen en vanaf dat moment zijn er studiedagen gegeven aan kindertherapeuten en gespecialiseerde leerkrachten. Het WRITIC-groepsprogramma is een co-teaching interventie van 10 weken voor oudste kleuters (5-6 jaar) die op basis van het WRITIC-assessment nog niet startklaar zijn voor het leren schrijven. In samenwerking met leerkracht en ouders wordt gewerkt aan de papier en pentaken zodat kinderen beter voorbereid starten met het schrijfonderwijs in groep 3. Hierbij zetten we in op autonomie, verbinding en competentie om de motivatie van de kinderen te stimuleren.
Het groepsprogramma is gericht op preventie van schrijfmoeilijkheden en het voorkomen van de negatieve spiraal die hiermee gepaard gaat: te moeilijk, niet leuk, niet oefenen en niet beter worden. Het is een product dat past binnen ‘Passend onderwijs’ en veel scholen reageren enthousiast. Financiering vanuit het onderwijs is echter vaak moeizaam of nog niet mogelijk. Studenten van de opleiding ergotherapie aan de HvA hebben met enquêtes en interviews bij ergotherapeuten in kaart gebracht wat succesfactoren zijn bij het implementeren van het WRITIC-groepsprogramma in de klas. In deze workshop delen we de uitkomsten van dit onderzoek en hoe we de aanbevelingen inzetten om implementatie van het groepsprogramma te bevorderen. We geven uitleg over de verschillende financieringsstromen en lichten verschillende succesverhalen toe. We hopen zo meer collega’s te inspireren om aan de slag te gaan met het WRITIC-groepsprogramma.
Categorie: COVID-19
Impact van COVID op arbeidsparticipatie – Sprekers: E. Cup en E. Brocken
Het is bekend dat een infectie door het SARS-COV-2 virus kan leiden tot langdurige klachten na COVID-19, ook wel post COVID-19 Syndroom genoemd. Deze klachten kunnen grote impact hebben op de uitvoering van dagelijkse activiteiten en arbeidsparticipatie. Binnen de paramedische herstelzorgstudie (ParaCOV) is bij de patiënten die ergotherapie gehad hebben een aantal meetinstrumenten afgenomen waaronder de COPM voor- en na de ergotherapie. Van de prioriteiten op de COPM was ruim 80% gerelateerd aan arbeid. Na 12 maanden zijn aanvullende vragenlijsten gestuurd op gebied van arbeidsvermogen en beperkingen op het werk naar de totale groep deelnemers aan de ParaCov studie (COVWORKS studie).
In deze workshop volgt een inleidende presentatie over werkgerelateerde vragen en klachten uit de ParaCov en COVWORKS studie. Ook wordt inzicht gegeven in de toolbox die beschikbaar is over werk en COVID-19 via het centrum voor Werk en Gezondheid en C-support. Hierbij willen we van gedachten wisselen hoe ergotherapeuten hier gebruik van kunnen maken bij de begeleiding van mensen met COVID-19 en arbeidsvragen.
Categorie: Neurologie
Dier ondersteunende interventies binnen de revalidatie – Sprekers: J. Ten Brinke-van Wijk en A. Reezigt
Sinds 1.5 jaar wordt er in het Deventer Ziekenhuis bij de neurologische revalidatie op indicatie een therapiehond ingezet bij de ergo- en fysiotherapie behandeling. De therapiehond helpt in het Deventer Ziekenhuis patiënten bij de behandelingen van bijvoorbeeld handproblematiek. Patiënten ervaren vermindering van stress, vergroten van de intrinsieke motivatie en vermindering van angst. Het is bijzonder om te zien wat er gebeurt in de interactie tussen therapiehond en revalidant tijdens de therapiesessies. Het overwint factoren die de behandeling kunnen belemmeren, zoals cognitieve of sociaal-emotionele stoornissen.
Bij dierondersteunde therapie wordt bijvoorbeeld een hond met zijn handler als hulpmiddel ingezet om doelbewust bepaalde effecten teweeg te brengen. Het inzetten van een dierondersteunde interventie wordt ook in de literatuur als positief beschreven en wordt al in meerdere landen veel ingezet zoals in Amerika, Polen en Noorwegen. Hierbij worden de dieren bij verschillende doelgroepen ingezet. In deze presentatie vertellen wij graag wat meer over dierondersteunende interventies en hoe wij de hond gebruiken in onze werksetting om zo deze relatief onbekende interventie mogelijkheid onder de aandacht brengen en de bekendheid vergroten. Tevens zullen we aandacht geven aan de wetenschappelijke onderbouwing en de randvoorwaarden die nodig zijn om dit op de juiste manier in te zetten.
Categorie: Pijn/vermoeidheid
‘De Activiteitenweger en de smartwatch, een gouden combi!’ – Sprekers: K. ten Hove, G. Hulstein, T. Satink, R. v.d. Veen
De Activiteitenweger is een veel gebruikte methodiek bij het omgaan met vermoeidheid. Het helpt cliënten bewust te worden van de intensiteit van hun activiteiten (hoeveel inspanning kost iets?) en van hoeveel (fysieke en/ of mentale) inspanning er op een dag past (het basisniveau). In de praktijk merken we dat het respecteren van het vastgestelde basisniveau tot balans tussen dagelijkse activiteiten en belastbaarheid leidt.
Een recente ontwikkeling is dat mensen naast de Activiteitenweger ook steeds vaker gebruik maken van een wearable, vaak een smartwatch. De combinatie van de Activiteitenweger en de smartwatch blijkt in de praktijk een meerwaarde te zijn. Zowel voor de cliënt, als voor de ergotherapeut. Door tijdens de behandeling gebruik te maken van deze vorm van ondersteunende technologie in combinatie met de methodiek Activiteitenweger, zien we dat cliënten meer eigen regie ervaren en gemotiveerder zijn om hun gedrag te veranderen. De informatie van de smartwatch (o.a. hartslag en body battery) maakt de client bewuster van de intensiteit van activiteiten. Mede hierdoor ontstaat meer bewustwording van lichaamssignalen. Daarnaast geeft het de ergotherapeut objectieve informatie over de belasting en het herstel van de cliënt.
De ergotherapeut is deskundig in het begeleiden van de client bij het maken van keuzes in de dagindeling. Wij zien in de praktijk dat het kiezen voor waardevolle activiteiten een positieve invloed heeft op stress en herstel, wat meetbaar is d.m.v. de smartwatch.Naast het gebruik van de smartwatch en activiteitenweger, willen we ook de ervaringen delen over het monitoren van cliënten. Op afstand meekijken naar de gegevens van de cliënt biedt nieuwe kansen en inzichten. Graag gaan we hierover met elkaar in gesprek in het kader van de juiste zorg op de juiste plek, alsmede de arbeidsmarktkrapte.
Betekenisvolle activiteiten (BA) verhogen de levenskwaliteit van mensen met een verstandelijke beperking. Alleen zijn mensen met een verstandelijke beperking grotendeels aangewezen op de kwaliteit van ondersteuning van hun begeleiders, wat niet altijd eenvoudig is. Begeleiders hebben namelijk zelf ondersteuning nodig bij het mogelijk maken van betekenisvolle activiteiten voor deze doelgroep. Onderzoek rondom dit onderwerp is schaars, daarom is er een participatorisch actie-onderzoek gestart waarbij de onderzoekers op zoek gaan naar de meest ideale ondersteuning voor de begeleiders.
In deze workshop presenteren de sprekers de uitkomsten van het onderzoek. Daarnaast geven zij adviezen voor een succesvolle ondersteuning van mensen met een verstandelijke beperking bij het maken van keuzes in betekenisvolle activiteiten.
Categorie: Cognitie
De Cognitive Complaints – Participation (CoCo-P) – Spreker: M. Heister
90% van de Nederlanders met het Post COVID-19 Syndroom (PCS) ervaart cognitieve klachten en vermoeidheid, waardoor uitvoering van activiteiten en participatie beperkt is. Ergotherapie werd ingezet om mensen te begeleiden met het hervatten en opbouwen van dagelijkse activiteiten en werd geëvalueerd door Ergotherapie Nederland. Daarbij is onder ander gebruik gemaakt van de Cognitive Complaints – Participation (CoCo-P). De CoCo-P identificeert cognitieve klachten op het gebied van aandacht, geheugen en executieve functies, evenals vermoeidheid tijdens tien dagelijkse activiteiten. Hoewel de CoCo-P in eerste instantie ontwikkeld is met en voor mensen met hersenletsel, leek de CoCo-P ook een geschikt instrument voor mensen met PCS gezien de klachten die zij ervaren.
Om te begrijpen of de CoCo-P inderdaad een geschikt evaluatie-instrument is, zijn de CoCo-P metingen voor en na ergotherapie gebruikt om te analyseren of de CoCo-P in staat is om veranderingen in de tijd te meten (responsiviteit). Tevens is geanalyseerd in hoeverre de drie genoemde cognitieve functies inderdaad worden gemeten door de CoCo-P, zodat scores op de juiste manier geïnterpreteerd worden. De CoCo-P liet op alle domeinen duidelijke vooruitgang zien bij mensen met PCS en blijkt in staat om verschillen voor en na ergotherapie te meten.
De drie cognitieve domeinen aandacht, geheugen en executieve functies zijn echter niet te onderscheiden, maar blijken met elkaar samen te hangen in dagelijkse activiteiten. Het is dus met name zinvol om het algemeen cognitief functioneren te evalueren binnen dagelijkse activiteiten te kijken.
In deze interactieve presentatie worden deelnemers geïnformeerd over de CoCo-P, hoe het instrument is opgebouwd en scores berekend worden en bovenal hoe we het instrument in de dagelijkse praktijk kunnen gebruiken en wat dit ergotherapeuten op kan leveren. Middels stellingen worden deelnemers betrokken: in hoeverre zijn ze bekend met de CoCo-P en waarom gaan ze deze wel of niet in de dagelijkse praktijk gaan gebruiken.
Categorie: Zorgtechnologie
ZelfredzaamheidsRadar vernieuwd – Sprekers: E. Waaijer en N. Knibbe
De ZelfredzaamheidsRadar is een breed gebruikt én evidence based instrument om zelfredzaamheid van mensen met een beperking in kaart te brengen. Dit instrument is ontwikkeld door LOCOmotion en is gebaseerd op de Care Dependency Scale. De ZelfredzaamheidsRadar (ZRR) heeft 15 domeinen (continentie, aankleden, mobiliteit, leervermogen, etc.) die online met een cijfer (tussen 1 en 5) gescoord kunnen worden.
In het kader van een programma van ZonMw; Voor Elkaar! heeft Scouters met haar team van (ervarings)deskundigen meegewerkt aan de digitale vernieuwing van de ZRR en het uitwerken van tips en hulpmiddelen onder alle domeinen.
Nieuw is dat alle termen zo gekozen zijn, dat de ZRR door een professional gebruikt kan worden om doelstellingen op het gebied van zelfredzaamheid samen met een cliënt in kaart te brengen. Maar de radar kan ook zelfstandig gebruikt worden door iemand met een beperking, die op zoek wil naar een grotere zelfredzaamheid. Het resultaat kan als .pdf worden bewaard en, als er sprake is van zorg, worden opgeslagen in een digitaal dossier.
Nieuw is ook, dat als je op een domein klikt waar je mee aan de slag wilt, er tips en hulpmiddelen verschijnen. Meer dan 1200 hulpmiddelen, die kunnen ondersteunen bij activiteiten die vallen onder het betreffende domein. 22 keuzehulpen, waar eigenschappen van hulpmiddelen naast elkaar gezet zijn om het keuzeproces te ondersteunen. Bijna 100 testfilmpjes, waar mensen met een beperking laten zien wat zij van een hulpmiddel vinden. Onafhankelijke informatie wordt continu bijgewerkt door een team van vrijwilligers. Kortom een systematisch manier om samen met jouw cliënt te werken aan zelfredzaamheid. Of jouw cliënt de ZRR aanbieden ter oriëntatie om zich voor te bereiden op jouw verdere ondersteuning als ergotherapeut.
Ontdek tijdens deze workshop de meerwaarde van dit instrument voor jouw werk als ergotherapeut.
Categorie: Onderzoek & wetenschap
Ergotherapie bij Neuralgische Amyotrofie – Spreker: R. Janssen
De aandoening komt vaak voor (incidentie 1:1000), maar wordt vaak niet goed herkend. Veel patiënten worden (inadequaat) behandeld door een fysiotherapeut, de ergotherapeut is zelden betrokken.
Doelstelling: Er is weinig bewijs voor de behandeling van de gevolgen van een doorgemaakte NA. In het Radboudumc is een behandeling ontwikkeld. Een pilot studie, naar het effect van de gecombineerde fysiotherapie en ergotherapie behandeling, gaf goede resultaten. Doel van het vervolg onderzoek was om onze behandeling te vergelijken met de reguliere zorg.
Methode: Randomized Controlled Trial (RCT) met 47 NA-patiënten. Uitkomstmaten waren onder andere gericht op de functionele capaciteit van de bovenste extremiteit in het dagelijks functioneren (gemeten met de Shoulder Rating Questionnaire (SRQ), pijn, vermoeidheid, participatie en kracht.
Ergotherapeutische interventie: Focus van de revalidatie behandeling is gericht op het opnieuw aanleren van het juiste beweegpatroon (motor control), gecombineerd met zelfmanagement strategieën. Focus van de ergotherapie is gericht op het toepassen van principes van belasting/belastbaarheid, ergonomie/effectief rusten en toepassen van het juiste beweegpatroon in het dagelijks handelen. Al deze ‘generieke’ onderwerpen hebben veel ‘schouder specifieke / specialistische’ aandachtspunten.
Resultaten: Patiënten in de revalidatie groep zijn significant verbeterd op de SRQ in vergelijking met patiënten die de reguliere zorg hebben gekregen.
Conclusie: Resultaten van de RCT laten een effect zien van de revalidatiebehandeling voor mensen met NA. Een veel voorkomende aandoening, waar een duidelijke (schouder) specifieke rol voor ergotherapeuten is weggelegd. Helaas is er nog veel onbekendheid bij ergotherapeuten zelf, patiënten en verwijzers over wat een ergotherapeut voor deze doelgroep kan betekenen. Graag laat ik jullie in deze workshop zien waar deze inhoudelijke kansen liggen.
Categorie: Algemeen
ErgHandig Hulpmiddelenwijzer – tipsessie – Sprekers: M. Harmer – Bosgoed en M. Vroomen
Heb je een casus waar je niet uit komt? In deze workshop heb je de kans om samen tips uit te wisselen over alle relevante activiteiten: van zelfverzorging tot sport en van mobiliteit tot huishouden. ErgHandig en Vilans zijn een samenwerking aangegaan om de reeds bestaande Hulpmiddelenwijzer (HMW) uit te breiden met handelingssuggesties. Door ergotherapeutische tips toe te voegen over hoe je een activiteit anders kan doen, wordt de vernieuwde HMW bruikbaar voor cliënt en professional. Bijvoorbeeld: iemand kan na een handamputatie elastische veters kopen bij problemen met veters strikken (hulpmiddel), maar iemand kan ook ànders leren veters strikken. Aangepaste veters zijn dan niet nodig. Zo wordt de gebruiker snel(ler) geholpen en geïnspireerd zijn eigen vaardigheden te vergroten. Het maakt iemand minder afhankelijk en dus zelfstandiger. Daarnaast is het ook nog eens een doelgerichte en duurzame oplossing. Zo maken we samen van de Hulpmiddelenwijzer een hele mooie bron waar ergotherapeutische kennis samenkomt en verspreid wordt.
ErgHandig is een initiatief van 4 ergotherapeuten uit de medisch specialistische revalidatie. Binnen de revalidatie leert de revalidant omgaan met zijn beperkingen en/of aandoening. Door iets op een andere manier uit te voeren dan men gewend was, lukt het toch iets zelfstandig te doen. Noem het tips en tricks, noem het life-hacks. Wij vinden het gewoon Erghandig! Soms met gebruik van simpele hulpmiddelen, die men al in huis heeft. Dat is wel zo duurzaam!
Onze ervaring is dat een (duur) hulpmiddel niet altijd de beste oplossing is. Deze tips zijn uitgewerkt tot handelingssuggesties/ Handig (anders) doen: ze dienen als inspiratie. Soms zijn ze direct uitvoerbaar in de situatie. De cliënt, mantelzorger of professional kan er een tip uithalen en deze aanpassen aan de persoonlijke mogelijkheden.
De handelingssuggesties zijn bedoeld voor mensen die een beperking/aandoening ervaren en voor mensen in hun omgeving. Denk hierbij aan mantelzorgers, ouders, verzorgenden, (wijk)verpleegkundigen en (ergo)therapeuten. Door onze kennis digitaal beschikbaar te maken, willen wij bijdragen aan een betere kwaliteit van leven voor iedereen. Daarom hebben wij, in samenwerking met Vilans, onze kennis toegevoegd aan de vernieuwde Hulpmiddelenwijzer. Help jij mee deze kennis uit te breiden?
Categorie: Divers
‘Hou me vast!’ Onveilig gehechte kinderen – Spreker: D.K. Reitsema
Emotieregulatie bij vroege jeugdtrauma´s Kinderen die direct na geboorte zijn weggehaald bij de ouder(s) of in een moeilijke gezinssituatie opgroeien, ontwikkelen vaak een onveilige hechtingsstijl.
Het stress-systeem wordt sneller en overdadig geactiveerd en herstel naar een ontspannen toestand verloopt trager. Op momenten van boosheid en verdriet wordt het gevoel van veiligheid (van het kind) aangetast. Het lichaam reageert hier zo heftig op dat dit zich in extreme boosheid of agressiviteit kan uiten of dat het kind zich compleet afsluit. Het reageren hierop is een zware taak. Zeker bij geadopteerde kinderen en hun adopties-ouders leidt dit vaak tot conflicten.
Juist in de beginjaren van iemands leven, leren we onze emoties reguleren. Omdat de ontwikkeling van de emotieregulatie maanden tot jaren stil kan staan hebben deze kinderen een achterstand. Als ouders kunnen ‘mentaliseren’ helpt dat in opvoedingssituaties. Onveilige hechting komt ook in situaties waar kinderen te maken hebben met: – misbruik – verslaafde ouders – migratie achtergrond.
Onveilige hechting en slechte emotieregulatie kan leiden tot veel problemen en conflicten in het dagelijks leven: middelbare school en studies verlopen moeizaam, relaties willen niet lukken en vriendschappen verwateren steeds. Als ergotherapeuten kunnen wij zeker veel betekenen voor onveilig gehechte kinderen. Vanuit kinderergotherapie kunnen wij aan de slag met methodes zoals onder andere draakje vurig of de stoplichtmethode. Bij ergotherapie voor volwassenen en kan men leren om structuur in de chaos van emoties te creëren en iemand beter leert omgaan met stresssituaties. Psychosociale therapie, waar de focus wordt gelegd op eenzaamheid, identiteitsontwikkeling en bestaansrecht is zeker aanvullend en versterkend.