Klik op de titel van een workshop om meer te lezen.
Brandwonden aan de handen komen veel voor, als gevolg van het beschermen van het lichaam tijdens het ongeval. Bij ongeveer 40% van de opnames van een brandwondencentrum in Nederland zijn één of beide handen aangedaan. Handverbrandingen kunnen het functioneren van de hand ernstig beïnvloeden. Het onvermogen, of verminderd vermogen, om objecten aan te raken, vast te pakken, op te pakken en te manipuleren, kan leiden tot ernstige beperkingen in de dagelijkse activiteiten en zelfs tot beperkingen in participatie in de samenleving. Bij ongeveer 15% van alle handverbrandingen is reconstructieve chirurgie binnen tien jaar nodig.
Het belangrijkste doel van de paramedische behandeling bij patiënten met een verbranding van de hand is het verminderen of voorkomen van functionele beperkingen van de hand en pols. Deze workshop geeft de achtergronden van herstel na brandwonden, presenteert het beleid bij brandwonden aan armen en handen en bespreekt de impact van brandwonden op het dagelijks functioneren.
Veel ergotherapeuten gebruiken de Activiteitenweger binnen hun behandeling. Na de cursus gaan ergotherapeuten enthousiast aan de slag met de stappen ‘Introduceren’, ‘Wegen’ en ‘Balans bereiken’. De stap ‘Opbouwen’ kan soms wat op de achtergrond raken.
Hoe begeleid je je cliënt bij opbouwen in werk en vrije tijd? Waar houd je rekening mee? Wat helpt je cliënt in de opbouwfase? In deze workshop krijg je nuttige tips. Aan de hand van casuïstiek laten we zien wat je kunt doen om je cliënt te helpen bij opbouw.
Ergotherapeuten begeleiden cliënten met een specifieke handelingsvraag en adviseren hulpmiddelen of assistive technology (AT), zodat elke cliënt optimaal zijn dagelijkse activiteiten kan uitvoeren. AT wordt vaak in massa geproduceerd en blijkt dus niet altijd afgestemd op de persoonlijke noden en wensen van de cliënt.
De komst van digitale fabricage zoals 3D-printen en doe-het-zelf-winkels (DIY) geeft individuen de mogelijkheid om eigen unieke hulpmiddelen te ontwikkelen en/of aan te passen. Ergotherapeuten grijpen ook deze kans en maken unieke productaanpassingen voor in de thuisomgeving, in sociale werkplaatsen of revalidatiecentra. Toch ontbreekt het ergotherapeuten nog vaak aan de juiste kennis en vaardigheden om deze praktijk te implementeren.
Met deze reden startte hogeschool Howest (België) in maart 2021 met de postgraduaat ‘MakerSkills voor ergotherapeuten’. Hierin worden kennis en vaardigheden voor co-design en innovatie aangereikt en worden traditionele en nieuwe materialen, en verschillende technieken verkend. Als resultaat van de studie kunnen ergotherapeuten zelf AT maken, aanpassen en op maat maken en efficiënt samenwerken met makers.
Deze workshop geeft een idee van een les uit de postgraduaat opleiding; met aandacht voor het ontwerpproces en vervolgens een hands-on workshop ’toolless prototyping’ met karton en speelgoedmateriaal (o.a. Lego, K’nex).
Voor Zeer Ernstig Meervoudig Beperkte (ZEMB) personen kan het erg moeilijk zijn om ICT-middelen te gebruiken op school, in vrije tijd, werk of tijdens spel. Ze hebben veel ondersteuning nodig van hun omgeving om iets voor elkaar te krijgen. Of ze hebben één of meer aanpassingen nodig om ICT-middelen te kunnen gebruiken. Omdat er meerdere opties zijn, is het lastig om uit te zoeken wat er mogelijk is, welke keuzes je hebt in hard- en software, en hoe het allemaal met elkaar werkt.
Bij Koninklijke Visio hebben we veel ervaring opgedaan in het werken met ICT-middelen en allerlei soorten aanpassingen bij ZEMB personen. We hebben voor deze doelgroep ook het gevalideerde ICT-vaardigheden screeningsinstrument iExpress ontwikkeld met een aantal internationale partners. Momenteel ontwikkelen we een behandeltraject om cliënten met ZEMB en visusproblemen te leren werken met een eye-tracker.
In deze workshop willen we je informeren over de soorten aanpassingen waar je aan kunt denken voor ZEMB personen. Daarbij laten we in korte video’s zien hoe deze aanpassingen werken en welke (gratis of betaalde) software je daarbij kunt gebruiken.
In Nederland krijgen jaarlijks minimaal 189.930 mensen als gevolg van een ziekte of beperking te maken met verslikproblematiek (dysfagie). Dysfagie komt onder andere voor bij neurologische aandoeningen, neuromusculaire aandoeningen, dementie, kanker, verstandelijke beperking en psychiatrie in diverse leeftijdsgroepen.
Ergotherapeuten zijn op verschillende manieren betrokken bij bovengenoemde doelgroepen als behandelaar en adviseur voor verschillende activiteiten in het dagelijks leven. Dit vraagt ook om inhoudelijk kennis bij vragen rondom eet- en drinkproblematiek en specifiek verslikproblematiek. De rol van de ergotherapeut is opgenomen in de landelijke richtlijn orofaryngeale dysfagie, 2019.
Tijdens deze workshop wordt de rol van de ergotherapeut bij eet- en drinkproblematiek en specifiek verslikproblematiek belicht vanuit (inter)nationaal perspectief, (gouden)standaarden, sensomotorische informatieverwerking, houdingsmanagement en (technologische) drinkhulpmiddelen.
Als ergotherapeut wil je dat cliënten de voor hen betekenisvolle activiteiten naar hun eigen wens en vermogen kunnen uitvoeren. Voor een goede samenwerking tussen ergotherapeut, cliënt en betrokkenen is het belangrijk dat je elkaar werkelijk begrijpt en dat je overeenstemming hebt over waar ieder aan wil werken.
Kijkvorm Basis is een schitterende combinatie van methodiek en materiaal, waarmee je door gespreksondersteunend te visualiseren letterlijk een gezamenlijk beeld vormt, en zo met elkaar oploopt in het behandelproces. Je gebruikt Kijkvorm Basis onder andere tijdens belangrijke gesprekken waar een pas op de plaats gemaakt wordt: intakegesprekken, evaluatiegesprekken, adviesgesprekken.
De kracht van gespreksondersteunend visualiseren zorgt ervoor dat je gezamenlijk en met afstand kunt kijken naar de situatie. Cliënten ervaren meer overzicht over en inzicht in hun situatie. Ze merken hoe zij de regie kunnen pakken en voelen meer motivatie om aan doelen te werken. Ergotherapeuten ervaren daardoor dat de cliënt meer of sneller op eigen benen staat en dat hun hulp effectiever is. Bovendien hoeven zij minder taal te gebruiken, zowel in spreken als – niet onbelangrijk – in schriftelijke verslaglegging.
In deze workshop maakt de deelnemer kennis met de kracht van gespreksondersteunend visualiseren en het instrument Kijkvorm Basis dat hierbij ingezet kan worden.