Herstel na beroerte: waar moet je aan denken?

Door: Ergotherapie Nederland

Als iemand in de omgeving een beroerte heeft gehad, kan dat veel onzekerheid en vragen opleveren. Hoe verloopt het herstel? Kan hij of zij nog wel thuis wonen? Hoe ziet de behandeling eruit? Wat verandert er allemaal in het dagelijkse leven? Hoe lang duurt de revalidatie?

Iedere CVA-patiënt herstelt zich op zijn eigen manier. Sommige patiënten houden aan een beroerte blijvende schade over en andere minimale schade. Dat maakt de verwerking van een beroerte ingewikkeld: niemand kan voorspellen hoe het allemaal zal lopen. Wel geldt dat hoe sneller iemand behandeld wordt, hoe groter de kans is op herstel.

Hoe verloopt het herstel na een beroerte?

Als iemand een beroerte heeft gehad, komt diegene meestal in het ziekenhuis terecht. Daar wordt gekeken of een vervolgbehandeling nodig is. Een patiënt die weinig verschijnselen vertoont, mag weer naar huis. Soms openbaren de problemen zich daar alsnog, zegt ergotherapeut Marike Jansen. ‘Onzichtbare gevolgen zoals concentratie- of geheugenproblemen worden soms pas later opgemerkt, bijvoorbeeld bij de terugkeer naar werk.’

Het kan dus voorkomen dat bij een patiënt met wie in eerste instantie niets aan de hand lijkt te zijn, later toch een revalidatiebehandeling nodig is. Ergotherapeut Marike Jansen adviseert daarom alert te zijn in de periode na een beroerte. ‘Trek aan de bel iemand zich anders voelt of gedraagt dan normaal. Symptomen als moeheid, een verminderde concentratie of snel geprikkeld zijn kunnen duiden op onzichtbare gevolgen van een beroerte.’

Wat doet een ergotherapeut?

Een ergotherapeut kan helpen dagelijkse activiteiten weer zelfstandig uit te voeren. Dit kan door ze te oefenen, door te leren dingen op een andere manier te doen maar  ook door het gebruik van hulpmiddelen. Jansen: ‘Iemand moet na een beroerte  vaak opnieuw leren voelen wat hij of zij aankan. Je leert overzicht creëren en krijgt hulp bij plannen en organiseren. Lukt het om te koken terwijl de kinderen om je heen lopen? Lukt het om eenhandig de was te vouwen? Je leert goed aanvoelen wanneer je moe wordt, zodat je daar op tijd iets aan kunt doen.’

Het kan ook voorkomen dat iemand na bezoek aan het ziekenhuis in een revalidatiecentrum terecht komt, als de patiënt door zijn beperkingen niet naar huis kan. De patiënt komt dan terecht in een behandelteam met verschillende specialisten. Er wordt gewerkt aan fysiek herstel, aan het leren omgaan met de onzichtbare gevolgen, aan verbetering van de conditie en er is aandacht voor verwerking.

De fysiotherapeut richt zich bijvoorbeeld op het fysieke aspect van het lopen, de ergotherapeut richt zich op functionele aspecten en leert de beweging in praktijk toe te passen: kun je ook naar de wc lopen, je broek naar beneden doen en gaan zitten? Ook leert de ergotherapeut hoe iemand in de praktijk bijvoorbeeld geheugenproblemen kan compenseren.

Dagbehandeling en herstel

‘We gaan praktisch te werk, zodat de patiënt straks zo goed mogelijk kan functioneren als hij weer thuis is,’ zegt Marike Jansen, die als ergotherapeut in een revalidatiecentrum werkt. Een revalidatietraject kan gemiddeld vier weken tot drie maanden duren. Daarna volgt vaak nog een dagbehandeling, en daar komen weer nieuwe vragen en problemen aan de orde. Zoals: hoe pak ik mijn huishouden weer op? Kan ik weer in de tuin werken? En later: kan ik weer aan het werk? Ook daar kan een ergotherapeut bij ondersteunen.

Bewegen voor een goed herstel

De begeleiding is altijd persoonlijk en ziet er daarom voor iedere patiënt anders uit. Dat geldt ook voor het herstel na een beroerte. Wel is het voor iedereen na een beroerte belangrijk om te blijven bewegen. ‘De eerste vier tot zes weken verloopt het herstel relatief snel, daarna vlakt de herstelcurve meestal af,’ zegt Marike Jansen. ‘Om die herstelcurve in stand te houden moeten patiënten actief blijven. Dat hoeft niet door intensief te sporten, maar kan ook met simpele handelingen in huis. Koffie zetten, bed opmaken, traplopen. Blijf zoveel mogelijk zelf doen, dan maak je vanzelf meters.’