Langer zelfstandig thuis wonen: hoe zorg je dat dit lukt?

Door: Ergotherapie Nederland

De overheid stimuleert ouderen langer zelfstandig thuis te blijven wonen. De meeste ouderen willen dit zelf ook graag. Maar hoe kan gewaarborgd worden dat thuis wonen op een verantwoorde en veilige manier gebeurt? Waar moeten senioren aan denken als ze langer thuis blijven wonen en hoe kunnen zij het beste zorgen voor hun partner? Een ergotherapeut kan hierbij helpen.

Allereerst is het belangrijk goed in kaart te brengen of de woning veilig genoeg is, zegt ergotherapeut Jochen Bilderbeek. Veel senioren wonen al een groot deel van hun leven in relatief eenvoudige, naoorlogse huizen. Toen deze woningen gebouwd werden, is geen rekening gehouden met langer thuis wonen. Er zijn bijvoorbeeld opstapjes bij de deur, drempels in elke kamer en een steile trap. ‘Veel ouderen kiezen ervoor hun huis aan te passen,’ zegt Bilderbeek, die gespecialiseerd is in veilig thuis wonen. ‘Maar dat kan niet altijd: hoe ouder de woning is, hoe moeilijker het vaak is om deze goed aan te passen.’

Weinig ouderenwoningen beschikbaar

Bilderbeek adviseert ouderen al vroeg na te denken over de mogelijkheden van hun woning op lange termijn. Als ze straks moeilijk ter been worden, moet dan de woning worden aangepast, bijvoorbeeld met een traplift? Kan dat? En hoeveel gaat dat kosten? ‘Ik kom veel ouderen tegen die zeggen: als ik hier niet meer kan wonen, dan verhuis ik naar een andere woning. Het gaat dan om een gelijkvloers huis zonder drempels. Maar door de vergrijzing zijn er weinig van deze ouderenwoningen beschikbaar. Het is goed als senioren zich hier op tijd bewust van zijn.’

Enkele tips om langer thuis te kunnen blijven wonen:

Een plan voor de toekomst maken. Denk alvast na over hoe langer thuis wonen eruit ziet. Wat moet er op termijn gebeuren aan het huis? Is het nodig daar geld voor opzij te zetten? Als aanpassingen financieel niet mogelijk zijn, zijn er dan mogelijkheden om nu al te verhuizen? ‘Ik adviseer mensen hier al over na te denken als ze 65 zijn,’ zegt ergotherapeut Jochen Bilderbeek. ‘Juist als ze misschien nog fit zijn en alles kunnen, en niet wanneer het eigenlijk al te laat is.’
Een expert raadplegen. Een huisarts kan een verwijzing geven naar de juiste specialist, bijvoorbeeld een ergotherapeut. Een ergotherapeut helpt de uitdagingen van het thuis wonen in kaart te brengen en geeft advies op maat. ‘We laten mogelijkheden zien waar mensen zelf nog niet aan hebben gedacht,’ legt Jochen Bilderbeek uit. ‘Dat kunnen hele simpele dingen zijn. Denk aan een verhoogde bank zodat senioren makkelijker kunnen opstaan, een intercom zodat ze kunnen zien wie er voor de deur staat of een douche zonder opstap. We kijken op een andere manier en merken dingen op die iemand anders over het hoofd ziet omdat hij of zij er al heel lang woont.’
Kiezen voor zorg aan huis. Naast zelfstandig thuis wonen en het verpleeghuis zijn er ook tussenvormen mogelijk. Iemand kan zo lang mogelijk thuis blijven wonen en tegelijkertijd zorg aan huis krijgen. Een thuiszorgmedewerker kan bijvoorbeeld helpen met wassen en aankleden, eten en naar bed gaan. Zo kunnen mantelzorgers ook worden ontlast. Particuliere thuiszorgorganisaties bieden zelfs 24-uurszorg aan.
Verhuizen naar een woongroep. In plaats van verpleeg- en verzorgingshuizen, zijn er de afgelopen decennia steeds meer woongroepen opgericht. Dit zijn zelfstandige woningen voor senioren die in hofjes bij elkaar staan. Ouderen wonen hier op zichzelf, maar hebben ook sociale controle en wonen met gelijkgestemden. Vaak is er ook een gemeenschappelijke ruimte waar de senioren elkaar kunnen ontmoeten.
Gezond leven en veel bewegen. Uit onderzoek blijkt dat het ouderen die dagelijks buiten komen en regelmatig uit hun stoel opstaan, langer lukt om thuis te blijven wonen. Senioren die slecht ter been zijn hebben de neiging veel te gaan zitten. Dit kan stijve spieren tot gevolg hebben en daardoor gaan de lichaamsfuncties sneller achteruit. Vaak opstaan uit de stoel kan dus goed helpen om fit te blijven. Dit kan op eenvoudige wijze gestimuleerd worden, bijvoorbeeld door de looproute in huis goed te verlichten en opgeruimd te houden (geen rondslingerende spullen), of door niet te veel uit handen te geven en (lichte) klusjes zelf te blijven doen. Ook het gebruik van een loophulpmiddel kan ervoor zorgen dat lopen weer makkelijker en veiliger lukt. Advies van een ergotherapeut is hierbij raadzaam, want verkeerd gebruik kan juist averechts werken.